Grenswals & Grenspaaldansen
Na een super nacht en een heerlijk ontbijt in Hotel de Draak in Bergen op Zoom, gaan we weer op pad. In tegenstelling tot gister, is de etappe van vandaag logistiek iets uitdagender. We gaan vandaag eindigen in Rijsbergen, dus daar willen we de auto hebben. Van Rijsbergen naar de start, Essen, is het bijna 2 uur reizen met openbaar vervoer! Taxi’s zijn op dit stuk onmogelijk duur, dus we kiezen voor een hybride vorm: We bestellen een taxi van Rijsbergen naar Roosendaal en vanuit Roosendaal nemen we het internationale stoptreintje (jaja, hij gaat 1 kilometer België in) naar Essen. Zo is het betaalbaar en qua tijd haalbaar.
Het logistieke verhaal is achter de rug wanneer we onze wandeling starten bij station Essen. We lopen terug naar de grens en steken deze haaks over naar het dorpje Nispen. Nadat we Nispen uitlopen zien we rechts een hele grote grensovergang waar de ongebruikte douanegebouwen nog op staan. Je kunt je niet meer voorstellen dat er echt nog van dit soort grensbarrières zijn, maar kijk je naar de rest van de wereld dan is dat toch meer regel dan uitzondering. Hier is de grens gelukkig open, want tijdens de etappe van vandaag lijkt het alsof we een Wals doen met de grenslijn. Soms lopen we een paar meter aan Nederlandse zijde en daarna weer aan de Belgische zijde. We gaan nog vrolijk op de foto met grenspaal nummer 239 en ik doe er een dansje mee. Grenspaaldansen noem ik het.
In de komende ca. 220 kilometer gaan we deze klassieke grenspalen vaker zien. Veel van deze palen hebben allemaal een eigen verhaal die ook online op te zoeken is. Als ik naar het design van deze grenspalen kijk, doen ze me denken aan de Gulden, onze nationale valuta tot 2002.
Of het de komende etappes noemenswaardig blijft wanneer we de grens passeren betwijfel ik, maar voor nu blijft het toch een momentje. Dus, wanneer we wederom langs de grens lopen en een haakse bocht maken om verder België in te lopen, wandelen we langs een bijzondere plek. Hier staat een voormalig grenswachtershutje. Echt een huisje is het niet, want er kan één persoon in staan. Het is dus meer een overkapping voor een grenswacht. Op deze plek werd er tijdens de Eerste Wereldoorlog behoorlijk wat heen-en-weer gesmokkeld. België was bezet door Duitsland en Nederland was neutraal. Op de Belgisch-Nederlandse grens was een hek gebouwd met een behoorlijk voltage: de zogeheten Dodendraad. Raakte je de kabel van het hek aan, dan overleefde je dat niet. De grensovergang was dus de enige plek waar je wél levend de grens over kon, ook als smokkelaar.
Deze specifieke grens was de vaste stek van een smokkelaar die meester was in vermommingen. Elke keer in een andere gedaante. Soms als man, soms als vrouw. Totdat hij gesnapt werd en door de grenswachten aan Belgische zijde werd doodgeschoten. De Nederlandse grenswachten hebben het lichaam naar Nederlandse zijde gesleept, om een grensincident tijdens de oorlog te voorkómen. Hiervan staat er nu een monumentje.
Vanaf dit moment gaan we ook op zoek naar een bankje of picknicktafel om even een korte pauze te houden. Onze geplande pauze bij een horeca-zaak verderop in de wandeling is tijdens de 22e kilometer. Dus rond de 12e kilometer willen we even bijtanken. Hiervoor hebben we op station Bergen op Zoom wat proviand gekocht. Echter, lijkt het onmogelijk om een goede zitplek te vinden. Ook aan de Nederlandse zijde, wederom een paar kilometer later, gaat de zoektocht niet beter. De wals met de grens is trouwens nu wel eventjes voorbij. Pas in de volgende etappe, over twee weken, raken we de grens weer aan.
Aan de ruiters van een voorbij rijdende paardenspan, vraag ik of zij weten of er aan deze blubberige weg in de komende aantal kilometers er een bankje of picknicktafel staat, dat blijkt niet het geval en dus zoeken we een alternatief. Dat alternatief vinden we in een iets hoger gelegen bosje naast de weg. De grond is hier droog en we kunnen op een boomstammetje zitten.
De échte blubber van deze wandeling komt nu pas. We lopen door natuurgebied de ‘Oude Buisse Heide’ en hier is het soms goed balanceren op de randjes van de paden of soms zelfs even een flinke sprong van het ene ondiepe stuk van een plas naar een ander ondiep stuk. We komen weinig mensen tegen, maar soms halen we mensen in, die we even later opnieuw in moeten halen. Niet omdat er meerdere exemplaren zijn, maar omdat wij snel lopen en een omweg maken, terwijl zij het snelle pad nemen op een langzamer tempo. Je ziet die mensen dan wel gek opkijken als ze ons nóg een keer voorbij zien wandelen. Wij lopen dan in dezelfde tijd meer dan dubbel zoveel.
De pauzelocatie ligt iets van de route af, maar is een gezellig restaurant. Niet alles gaat even vlotjes, terwijl wij wel graag voor zonsondergang in Rijsbergen willen staan. Gelukkig hebben we ruim de tijd. Ron heeft wat lichamelijke klachtjes gekregen en maakt daarom gebruik van pijnstilling om dit te onderdrukken. Daarom drinken we deze pauze even geen biertje, maar doen we het op een Cola Zero. Dat is ook beter voor het herstel. Tijdens de 4daagse is het ook verstandig om alcohol tot een minimum te beperken, zodat je de volgende dag lekkerder kunt starten.
Na de break hoeven we minder dan 15 kilometer te wandelen. Op dit stuk van de wandeling breekt eindelijk de zon door, ook omdat deze onder de wolken terecht is gekomen. Slingerend door de bossen lopen we uiteindelijk een meer open landschap in en zien we de kerktoren van Rijsbergen. Het duurt voor mijn gevoel een eeuwigheid voordat deze wat dichterbij komt, want we blijven zigzaggend die kant op gaan. Het zijn dus uiteindelijk nog heel wat kilometers voordat we écht in de buurt komen van Rijsbergen.
Vlakvoor we het dorp in lopen, worden we op een onverharde weg getrakteerd op nóg meer blubber. Dit is ietsje dieper dan ik inschatte dus ik zag tot vlakbij mijn enkels weg. Sorry Ron, dat wordt weer een schoonmaakklusje voor jou om de schoenen weer schoon te krijgen.
De laatste 300 meter naar de auto weten we er nog een voorzichtig sprintje uit te persen.
Na 66 kilometer wandelen in twee dagen, stappen we voldaan de auto in.
Volgende etappe, over twee weken, gaan we naar het grensdorp der grensdorpen, Baarle-Nassau. Of Baarle-Hertog, het is maar net of je het ziet vanuit Nederlands of Belgisch perspectief. Tot dan!
Onder de foto’s kun je een reactie geven

















